Everglades

Everglades National Park

Het Everglades National Park is na Yellowstone het grootste nationaal park van Amerika, gelegen in het zuidwestelijke puntje van de staat Florida. Het park kreeg de status in 1947 en beslaat een oppervlakte van 5663 vierkante kilometer. Het gebied is uniek te noemen vanwege de uitgestrekte gebieden van zoet en brak water, mangrovebossen, kreken, rivieren, baaien en vlakten bedekt met groene moerasgrassen. De bijzonderheden van dit park zijn dan ook niet vanuit de auto te bezichtigen. Wil men iets zien dan zal de enige mogelijkheid het verkennen via het water en/of bospaden zijn.

Vrijwel het gehele jaar heerst in het park hetzelfde klimaat met wel twee kenmerkende verschillen, namelijk de natte zomers en droge winters. Wel betekent dit dat het park het gehele jaar druk wordt bezocht. Van mei - oktober brengen zware stormen heftige regenbuien. Het warme, vochtige klimaat zorgt voor een overvloed aan insecten. Deze zijn overigens een belangrijke schakel in de voedselketen. In de zomer is de waterstand in het park nogal hoog waardoor men geen grote groepen vogels en andere dieren zal aantreffen. Toch bieden de zomermaanden heel wat moois: stille wateren, prachtige zonsondergangen en mooie vegetatie. Het winterseizoen is perfect met weinig insecten en lekker zacht weer.

Het Everglades National Park heeft een naam als het gaat om het aantal vogelsoorten dat in het park is gesignaleerd. Er zijn namelijk meer dan driehonderd verschillende soorten. Tot de met uitsterven bedreigde diersoorten behoren de poema, bruine pelikaan, groene zeeschildpad, slechtvalk, Amerikaanse krokodil en de zeekoe. De Amerikaanse alligator is één van de bekendste inwoners van het park. Door de stropers die in de huiden van de alligator een winstgevende zaak zagen is het aantal alligators behoorlijk in aantal verminderd. Maar door de beschermde status die de dieren nu genieten groeit het aantal weer gestaag.